Onderstaand vind u een voorbeelddocument om u op weg te helpen met wat u kunt doen wanneer u een incassobrief ontvangt. Deze kunt u downloaden voor persoonlijk gebruik. Onder deze download-link staat het volledige document uitgeschreven.


Bezwaar incassobrief:

[Naam]
[Adres]
[Postcode + Plaats]
[Evt. Tel. Nr.]
[Evt. e-mailadres]

Uw kenmerk: [kenmerk, zoals vermeld in incassobrief]

Factuurnummer: [factuurnummer, zoals vermeld in incassobrief]

[Woonplaats, datum]

Betreft: bezwaar incassobrief

Geachte heer, mevrouw,


In uw brief van [datum dagtekening] sommeert u mij binnen [aantal dagen] de vordering van [naam schuldeiser] betreffende [onderwerp van de vordering] met een hoofdsom van [bedrag] te voldoen. Tevens brengt u mij in uw schrijven reeds [bedrag] aan incassokosten in rekening.

Ik ben het niet eens met uw vordering en wens deze daarom uitdrukkelijk te betwisten. Mijn betwisting wens ik als volgt te onderbouwen [kies het onderdeel of onderdelen die in uw geval van toepassing zijn]:

I.

Ik ben de hoofdsom niet verschuldigd, omdat

a. ik [dit product niet gekocht heb / ik deze dienst niet heb afgenomen]. Ik verzoek u om mij binnen uiterlijk 14 dagen bewijs toe te zenden waaruit het tegendeel blijkt dan wel mij te bevestigen dat ik u niets verschuldigd ben. Bij uitblijven van een tijdige reactie ga ik ervan uit dat u hiermee erkent dat uw vordering ongegrond is.

b. dit product mij ongevraagd is toegezonden. Op grond van art. 7:7 Burgerlijk Wetboek (BW) ben ik gerechtigd dit product te behouden zonder hiervoor enige betaling verschuldigd te zijn.

c. ik [dit product / deze dienst] reeds betaald heb op [datum]. Ten bewijze voeg ik een kopie van het betalingsbewijs bij.

II.

De door u in rekening gebrachte incassokosten ter hoogte van [bedrag] ben ik niet verschuldigd, omdat

a. ik niet in verzuim ben, nu ik geen schriftelijke ingebrekestelling heb ontvangen, waarin mij alsnog een redelijke termijn wordt gegeven om tot betaling over te gaan. Art. 6:96 lid 6 BW vereist immers dat de schuldenaar in verzuim moet zijn, alvorens (na aanmaning) incassokosten in rekening mogen worden gebracht. De verschuldigde hoofdsom heb ik vandaag alsnog overgemaakt. Ten bewijze voeg ik een kopie van het betalingsbewijs bij.

b. ik geen schriftelijke aanmaning heb ontvangen. Op grond van art. 6:96 lid 6 BW dient aan de schuldenaar die in verzuim is, eerst nog een schriftelijke aanmaning te worden verzonden alvorens incassokosten in rekening mogen worden gebracht. De verschuldigde hoofdsom heb ik vandaag alsnog overgemaakt. Ten bewijze voeg ik een kopie van het betalingsbewijs bij.

c. de door u verzonden schriftelijke aanmaning d.d. [datum] niet voldoet aan de eisen die de Wet incassokosten hieraan stelt. Op grond van art. 6:96 lid 5 en lid 6 BW juncto het Besluit incassokosten gelden de volgende eisen:

  • er moet een betalingstermijn van 14 dagen worden gegeven;
  • er moet worden gewezen op de gevolgen van het uitblijven van betaling, waaronder de vergoeding die in overeenstemming met het Besluit incassokosten wordt gevorderd.

Uw aanmaning voldoet niet aan (al) deze eisen, aangezien [kies de juiste optie(s)]

  1. er geen betalingstermijn wordt gegeven.
  2. er wel een betalingstermijn wordt gegeven, doch deze korter is dan 14 dagen.
  3. er niet wordt gewezen op de gevolgen van het uitblijven van betaling.
  4. er niet wordt vermeld welk bedrag aan incassokosten verschuldigd zal zijn bij uitblijven van betaling.
  5. het bedrag aan incassokosten te hoog, want niet in overeenstemming met het Besluit incassokosten, is vastgesteld.

Gelet op het feit dat de eisen die de wet aan de aanmaning stelt van dwingend recht zijn, is uw aanmaning niet rechtsgeldig en kan daardoor niet de verschuldigdheid van incassokosten met zich meebrengen. Ik zal deze incassokosten dan ook niet betalen. De verschuldigde hoofdsom heb ik vandaag alsnog overgemaakt. Ten bewijze voeg ik een kopie van het betalingsbewijs bij.

[Indien u bij onderdeel II, sub c, sub 5 hebt aangegeven dat de incassokosten in de aanmaning te hoog zijn vastgesteld, dient u dit nader te motiveren. De incassokosten kunnen om verschillende redenen te hoog zijn. In dit onderdeel III worden deze redenen nader uiteengezet. Kies die optie die in uw geval van toepassing is]

III.

Art. 6:96 lid 6 BW bepaalt uitdrukkelijk dat de aanmaning tevens dient te vermelden “de vergoeding die in overeenstemming met de nadere regels wordt gevorderd”. Deze nadere regels zijn neergelegd in het Besluit incassokosten. U heeft in uw aanmaning een hoger bedrag aan incassokosten aangezegd dan in overeenstemming met het Besluit incassokosten geoorloofd is. Deze stelling onderbouw ik als volgt:

a. Volgens het besluit incassokosten mag bij vorderingen tot € 2500 een bedrag van 15% van de hoofdsom aan incassokosten worden gerekend, met een minimum van € 40. Op grond van de door mij verschuldigde hoofdsom van [bedrag] had u derhalve maximaal een bedrag van [bedrag] aan incassokosten mogen aanzeggen. In uw aanmaning vermeldt u echter het hogere bedrag van [bedrag] aan incassokosten.

b. U heeft de eerder door de primaire schuldeiser in rekening gebrachte incassokosten in de hoofdsom verstopt en vervolgens over deze opgehoogde hoofdsom opnieuw incassokosten gerekend. Hierdoor is het totaalbedrag dat aan incassokosten wordt gevorderd, hoger dan hetgeen wettelijk verschuldigd zou zijn over de oorspronkelijke hoofdsom. Dit is niet toegestaan. Het totaalbedrag dat oorspronkelijke schuldeiser en incassobureau aan incassokosten in rekening brengen, mag nooit de 15% van de hoofdsom (met een minimum van € 40) overstijgen.

c. Op grond van de Wet incassokosten mag u naast de incassokosten enkel de hoofdsom en wettelijke rente in rekening brengen. U heeft echter nog andere kostenposten in rekening gebracht, te weten ‘dossierkosten’, ‘administratiekosten’, ‘registratiekosten’ [kies de juiste optie]. Dit is volgens de wetsgeschiedenis niet toegestaan. Alle kosten die betrekking hebben op het invorderen van de schuld, worden geacht reeds in de incassokosten inbegrepen te zijn. Andere kosten, onder welke benaming ook niet, mogen niet in rekening worden gebracht.

d. U heeft meerdere vorderingen op mij. Op grond van art. 6:96 lid 7 BW moet u deze vorderingen dan bij elkaar optellen en vervolgens over het totaalbedrag de incassokosten berekenen. U heeft echter voor elke vordering afzonderlijk de maximale incassokosten in rekening gebracht. Hierdoor wordt per saldo te veel aan incassokosten in rekening gebracht.

e. U heeft ten onrechte de incassokosten verhoogd met 21% BTW daarover. Op grond van art. 2 lid 3 van het Besluit incassokosten is dit uitsluitend toegestaan indien de schuldeiser zelf niet BTW-plichtig is. U heeft mij voor uw [product / dienst] BTW in rekening gebracht, waaruit volgt dat u zelf BTW-plichtig bent. U had derhalve geen BTW over de incassokosten mogen rekenen.

IV.

Ik ben de hoofdsom wel verschuldigd, doch deze schuld is inmiddels verjaard. Dit betekent dat betaling niet meer in rechte kan worden afgedwongen. Over een verjaarde vordering kunnen evenmin incassokosten in rekening worden gebracht.

Ik onderbouw mijn beroep op verjaring als volgt:

[bij een product vult u in:]

Ik heb het betreffende product gekocht op [datum]. Ik voeg een kopie van het betreffende aankoopbewijs toe. In het geval van consumentenkoop geldt er een wettelijke verjaringstermijn van 2 jaar. Deze 2 jaar zijn inmiddels verstreken.

[bij een geleverde dienst vult u in:]

De betreffende dienst is geleverd op [datum]. Een (geld)vordering die uit een overeenkomst voortvloeit verjaart 5 jaar nadat de vordering opeisbaar is geworden. Deze 5 jaar zijn inmiddels verstreken.

Bovenstaande verjaringstermijn is niet tijdig door u gestuit. Indien u van mening bent dat u wel tijdig heeft gestuit, dan rust de bewijslast hiervoor op u. Ik verzoek u om mij binnen uiterlijk 14 dagen bewijs toe te zenden waaruit dit blijkt dan wel mij te bevestigen dat ik de vordering verjaard is en dat ik u deswege evenmin incassokosten verschuldigd ben. Bij uitblijven van een tijdige reactie ga ik ervan uit dat u hiermee erkent dat uw vordering verjaard is.

Hoogachtend,

[Handtekening]
[Naam bezwaarmakende]