Een huurovereenkomst eindigt niet van rechtswege, ook niet bij de dood van de huurder; in dat geval loopt de huur door met de erfgenamen. De huurovereenkomst kan alleen eindigen door opzegging; als gevolg van de stringente huurbeschrming zijn de opzeggingsmogelijkheden beperkt en onderworpen aan strenge regels.

De gronden, waarop kan worden opgezegd zijn gelimiteerd opgenomen in de wet; het zijn de volgende: de huurder heeft zich niet gedragen als goed huurder; dat is het geval als huurder de huur niet tijdig betaalt, maar ook bij andere misdragingen, zoals vergrijpen tegen de openbare orde, handelen in strijd met de Opiumwet (hennepplantage), e.d.; bij huurachterstanden geldt, dat de rechter in de regel pas aanneemt, dat de achterstand ernstig geneg is om de huur te ontbinden, als die achterstand drie maandtermijnen of meer bedraagt. In de huurovereenkomst is uitdrukkelijk bedongen, dat de huur na afloop van een daar genoemde termijn zal eindigen; deze grond geldt alleen als de verhuurder na afloop van de overeengekomen termijn de woning weer zelf wil betrekken. Als de verhuurder de woning dringend nodig heeft voor eigen gebruik, -daaronder valt niet e wens de woning te verkopen-, en zijn belang groter is dan dat van de huurder en bovendien voor de huurder passende andere woonruimte beschikbaar is; mocht achteraf blijken, dat verhuurder niet echt de woning zelf gaat gebruiken, dan is hij schadeplichtig tegenover de huurder.
als de huurder niet akkoord gaat met een rdelijk aanbod een nieuwe huurovereenkomst te suiten met betrekking tot dezelfde woning.

Als de verhuurder een krachtens een geldend bestemmingsplan op het verhuurde liggende bestemming wil verwezenlijken. In dit geval heeft de huurder recht op schadevergoeding door de verhuurder. Als de huur een onzelfstandige woning betreft, die deel uitmaakt van de woning van verhuurder, en de verhuurder aannemelijk kan maken, dat zijn belang bij het eindigen van de huur groter is dan het belang van huurder bij voortzetting.

Met name ten aanzien van het ‘eigen gebruik’ criterium gelden gedetailleerde regels, die hier niet uitvoerig kunnen worden uiteengezet. Een punt van belang daar bij is wel, dat iemand, die een verhuurde woning koopt als nieuwe eigenaar gedurende drie jaar niet mag opzeggen wegens gewenst eigen gebruik.

De gronden, waarop opgezegd kan worden zijn dus beperkt, ook de manier waarop opgezegd moet worden is strikt geregeld. De verhuurder moet bij aangetekend schrijven of deurwaardersexploit de huur opzeggen aan alle huurders, medehuurders en onderhuurders, en daarbij vermelden om welke reden er wordt opgezegd. Bovendien moet in de opzegging de huurder er op gewezen worden, dat hij zes weken de tijd heeft om te reageren op de opzegging. Verklaart de huurder niet akkoord te gaan of reageert hij niet op de opzegging, dan moet na afloop van die termijn van zes weken de verhuurder alsnog een procedure starten en de rechter verzoeken de ontbinding uit te spreken.

De rechter oordeelt naar gelang de omstandigheden en met afweging van de wederzijdse belangen; hij kan de termijn voor ontruiming bepalen, hij kan aan de huurder een schadeloosstelling toekennen, hij kan als het gaat om wanbetaling door de huurder een term ijn gunnen om alsnog te voldoen, en hij kan de ontbinding weigeren en de huurovereenkomst verlengen. In dat laatste geval mag de verhuurder de eerstvolgende drie jaar niet opzeggen.